Een bescheiden bijdrage leveren aan het leven van jongeren en mensen die ondersteuning nodig hebben, dat drijft me als mens en dus ook als adviseur.
Sinds 2015 mag ik als Berenschotadviseur op management- en bestuursniveau gemeenten, regio’s, zorgaanbieders, brancheorganisaties en ministeries adviseren. Juist op die verschillende niveaus werken aan oplossingen die voor inwoners het verschil maken, maakt het werken bij Berenschot zo waardevol. Hierbij focus ik op twee thema’s, te weten het verbeteren van de jeugdzorg en het komen tot passende oplossingen voor inwoners met problemen op meerdere domeinen, zoals het verbinden van de domeinen zorg, veiligheid, wonen en/of onderwijs.
Er zijn verschillende boeken van mijn hand gepubliceerd, waaronder ‘Vangnet voor Victor: Inzichten voor betere zorg en meer veiligheid’ (2021) en ‘Pionieren in participatieland’ (2017).
Naast mijn werk bij Berenschot ben ik gemeenteraadslid in Nijmegen.
Naar aanleiding van signalen over toenemende wachtlijsten, toename zwaardere zorgvragen bij (jonge) kinderen en stijging van het aantal kinderen met een migratieachtergrond, uit AZC’s en kwetsbare gezinnen, hebben de ministeries van VWS, OCW en SZW besloten een onderzoek uit te zetten naar de druk op de keten van kinderopvang, basisonderwijs en zorg. Doel is zicht te krijgen op eventuele belemmeringen en onderliggende factoren. Berenschot is gevraagd het onderzoek uit te voeren.
Vangnet voor Victor bevat inzichten uit de werelden van zorg en veiligheid én waar die twee werelden elkaar raken en verbinden.
Het aantal jeugdigen dat zorg ontvangt – één op de tien – en ook de daarmee gepaard gaande kosten stijgen sinds de decentralisatie van jeugdhulp naar gemeenten in 2015. De toename is lastig te verklaren en gemeenten lijken weinig grip te hebben op de situatie. Het dashboard van Berenschot stelt gemeenten in staat zich met een referentiegroep te vergelijken en zo hun regie op jeugdhulp te vergroten.
Pionieren in participatieland is geen pleidooi vóór of tegen participatie, maar een boek dat zo objectief mogelijk alle kanten van het debat toont en spiegelt aan de realiteit van het lokaal bestuur.
Waar het lukt, blijkt participatie dé manier om de democratie te vernieuwen en tot betere resultaten te komen. In de praktijk gaat het echter ook regelmatig niet goed. Dan leidt participatie tot verzuring en verharding van standpunten. Of slagen partijen er niet in om de stap van denken naar doen te zetten. Goed participeren is dus lastiger dan het lijkt.