Groene groei is een vorm van wensdenken, zo tonen we aan in ons boek Er is leven na de groei. Om wensdenken overeind te houden, is gedeeltelijke ontkenning van de realiteit nodig. Eén van de thema’s waar de werkelijkheidszin in hoge mate ontbreekt, is het grondstoffenbeleid.
Onlangs publiceerde het kabinet een ‘Nationale grondstoffenstrategie’. Het is fascinerend en zorgwekkend tegelijk hoe in dit stuk een heldere redenering van probleemanalyse naar proportionele oplossingen wordt vermeden. Het vage probleembesef dat in het stuk doorklinkt, is: ‘hoe stellen we grondstoffen veilig als steeds meer landen concurreren om grondstoffen bij een stijgende vraag’. De oplossingsrichtingen zijn eveneens vaag: van ‘circulariteit en innovaties’ tot ‘kennisopbouw en monitoring’. Hoe kunnen we toewerken naar een reële nationale grondstoffenstrategie?
Het reële probleem
Het kan ook anders. In Duitsland publiceert het milieuministerie (Umweltbundesamt) gedegen analyses waarin reële probleemanalyses worden gekoppeld aan reële oplossingsverkenningen. Zie bijvoorbeeld de analyse van het Umweltbundesamt. Het reële probleem is dat de enorme stijging van de grondstoffenvraag de grens overschrijdt van wat er op mondiaal niveau aan makkelijk winbare grondstoffen beschikbaar is. Alleen al in het mondiale Noorden zal in de komende veertig jaar de vraag naar grondstoffen met 60 procent stijgen, zo becijferde de club van rijke landen, de OESO. De voornaamste oorzaak is de materiaalintensieve manier waarop we de energietransitie vormgeven. Als we daar de vraag naar grondstoffen in opkomende economieën bij optellen, dan zal deze ontwikkeling, ook in de gunstigstse scenario’s, gepaard gaan met forse en structurele stijgingen van de grondstoffenprijzen. Daarbij komt dat Europa voor de winning van veruit de meeste grondstoffen afhankelijk is van andere landen. En dit zijn zeker niet alleen maar landen met een democratische rechtsstaat.
Toewerken naar reële strategieën
De verstandigste manier om daarop te anticiperen, is door al lang van tevoren strategieën te ontwikkelen die de verwachte forse stijging van het grondstoffenverbruik in Europese landen ombuigen in de richting van een daling van het grondstoffenverbruik. Dat is overigens niet alleen nodig vanuit het oogpunt van realisme – het voorkomen van een grondstoffencrisis – het is ook nodig omdat het ethisch gezien onverantwoord is als de huidige generatie zo’n groot beslag legt op winbare grondstoffenvoorraden dat toekomstige generaties nooit meer gebruik zullen kunnen maken van betaalbare grondstoffen (omdat alle makkelijk winbare grondstoffen dan al zijn verbruikt).
De ombuiging van een stijgend naar een dalend grondstoffenverbruik is een gigantische opgave waar ook heilige huisjes voor moeten wijken. Eén van die heilige huisjes is economische groei. Vandaar dat het Duitse Umweltbundesamt in haar analyses uitgebreid stilstaat bij postgroei als oplossingsrichting. Let wel: ook in Duitsland blijft het vooralsnog bij analyses, maar hun analyses getuigen in elk geval van meer realiteitszin dan in Nederland.
Tot slot
De Nederlandse Nationale grondstoffenstrategie is hier te vinden. In Duitsland is tevens al in 2010 een nationaal grondstoffenagentschap opgericht dat de Duitse overheid voorziet van gedegen informatie over grondstoffentrends: de Deutschen Rohstoffagentur (DERA).