Eigen regie burgers over persoonsgegevens | Berenschot cases

Eigen regie van burgers over persoonsgegevens

Case
Eigen regie van burgers over persoonsgegevens

Deel deze case

Datum

01 september 2017

Opdrachtgever

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Organisaties worden steeds digitaler. Zo ook de overheid. Je hebt daarbij als gebruiker van die digitale diensten niet altijd even veel controle over wat er nou precies met je persoonlijke gegevens gebeurt. Wat leggen ze vast? Met wie delen ze jouw gegevens? Kan je dat zelf inzien? Heb je daar zelf regie op?

In dit kader onderzocht Berenschot, in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK), hoe de overheid burgers de regie kan geven als het gaat om inzage in hun persoonlijke gegevens, die zijn vastgelegd in de systemen van de overheid. Het onderzoek richtte zich op functionarissen die persoonlijke gegevens van burgers kunnen bekijken. De uitkomst verscheen in 2017 in het eindrapport ‘Onderzoek inzage persoonlijke gegevens’.

Betrouwbare en veilige digitale diensten

Grondslag van het onderzoek was de motie 34550 VII nr. 20, die Caluwé en Koşer Kaya, leden van de Tweede Kamer, in 2016 indienden bij de begrotingsbehandeling van BZK. Kern van deze motie is dat de digitalisering van de overheid de gebruiker centraal hoort te stellen. De gebruiker moet er van op aan kunnen dat de digitale diensten betrouwbaar en veilig zijn. Daarom wilden deze twee Kamerleden onderzocht hebben binnen welke termijn en met welk budget te realiseren is dat alle gebruikers de regie krijgen over hun eigen gegevens. En wel zodanig dat zij inzage krijgen in welke functionaris welke persoonlijke gegevens heeft ingezien dan wel gebruikt of aan een ander verstrekt heeft.

Onderzoek inzage persoonlijke gegevens

Voor het onderzoek bestudeerden wij bestaande onderzoeken en documentatie rond het vraagstuk. Daarna hielden onze adviseurs een enquête onder burgers om een beeld te krijgen van hun gegevensbehoefte als het gaat om digitale inzage. Daaropvolgend zijn er twee focusgroepen georganiseerd met groepen burgers. Hierin onderzochten we wat burgers vinden van inzage in hun persoonlijke gegevens. Vervolgens zijn scenario’s uitgewerkt. Deze zijn besproken in een workshop met uitvoeringsinstanties. De nadere uitwerking van de scenario-implicaties is vervolgens vormgegeven middels verdiepende gesprekken, aanvullende deskstudie en analyse door Berenschot. Tot slot is een rapportage opgesteld.

Eenvoudig en snel digitaal inzage

In het rapport beschrijven Berenschot-adviseurs Dirk Jan Schoneveld, Harro Spanninga, Jan Sprenger en Rosa-May Postma drie scenario’s voor het implementeren van digitale inzage en de implicaties hiervan. “Onze aanbeveling is twee scenario’s tegelijkertijd in te voeren. Met andere woorden, zowel inzicht in de verwerkingsactiviteiten (scenario A) als inzicht in uiteenlopende inzage-informatie (scenario B)”, zegt Schoneveld. “Op die manier kunnen burgers in bepaalde domeinen relatief eenvoudig en snel digitaal inzage krijgen in steeds meer gegevens.”

Blijf op de hoogte met onze laatste artikelen

Meld u aan voor onze nieuwsbrief

Gerelateerd

Meer weten over dit onderwerp?