Ik ben als managing director verantwoordelijk voor de Openbaar Bestuur praktijk van Berenschot. Berenschot is voor mij de ideale werkomgeving: intellectueel uitdagend én praktisch, gericht op echte maatschappelijke vraagstukken. Mijn aandacht gaat vooral uit naar het samenspel tussen digitalisering, juridische borging en bestuurskundige innovatie. Kortom: de lastige en taaie vragen over hoe onze democratie en onze overheid kan sturen op opgaven
Ik ben daarbij op m’n best in een ontwikkelomgeving, waarin ik met een team met collega’s én mensen van de klant in nauwe samenwerking bouw aan oplossingsrichtingen. Daarbij is het meestal mijn rol een hoofdlijn van redeneren te ontwikkelen, de grote lijnen uit te zetten en te bewaken dat we ook de goede kant op blijven gaan. Voor mij zijn loyaliteit en eerlijkheid belangrijk: naar klanten maar zeker ook naar Berenschot.
Naast mijn werk bij Berenschot ben ik ook decaan bij de Nederlandse School voor Openbaar Bestuur en commissaris van een GGZ instelling.
De resultaten van datagedreven sturing bij gemeenten variëren van eenvoudige efficiencywinst door sensoren in containers, tot ingrijpende innovaties in de zorg in wijken door beter inzicht in de behoeften van doelgroepen. Dergelijke publieke meerwaarde betekent dat iedere gemeente hierin stelling moet nemen.
Datagedreven sturing definiëren we als de inspanning om het handelen zoveel mogelijk te baseren op kennis, op basis van slimmer verzamelde en slimmer geanalyseerde data. De mogelijkheden hiervoor nemen in hoog tempo toe. De afgelopen jaren zijn de hoeveelheid data en de beschikbare analysetechnieken exponentieel gestegen. Onder de noemer van termen als ‘’BigData’’ wordt regelmatig betoogd dat ‘’de datarevolutie’’ de gemeentelijke praktijk wezenlijk gaat veranderen.
De laatste jaren is de manier waarop we tot oplossingen voor maatschappelijke vraagstukken (ook wel: publieke waarde) komen veranderd als gevolg van maatschappelijke en technologische ontwikkelingen. Soms beperkt, soms fundamenteel. Mede dankzij de digitalisering maken overheden de beweging naar een ‘open overheid’ die participatief werkt, transparantie biedt en toegankelijk is voor iedereen.
In het regeerakkoord is opgenomen dat de Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr) wordt aangepast “om de politieke verantwoording over gemeentelijke samenwerking te verbeteren. Besluitvorming in een gemeenschappelijke regeling moet transparant zijn en betrokken gemeenteraden moeten hun controlerende rol beter kunnen uitvoeren en zo nodig kunnen ingrijpen”.
Ieder jaar kiezen de Gedeputeerde Staten (GS) van Utrecht een onderwerp van onderzoek naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gevoerde bestuur, in het kader van artikel 217a van de Provinciewet. In het GS-onderzoek van 2018 wilde de provincie inzicht krijgen in typen beleids- en maatschappelijk opgaven. Daarom werd Berenschot gevraagd een model te ontwikkelen voor de analyse van complexe opgaven en een bijpassend handelingsperspectief te formuleren. Tevens diende het begrip ‘transitie’ duidelijk gepositioneerd te worden.
Er is geen gemeente in Nederland die niet samenwerkt met anderen om alle maatschappelijke opgaven waarvoor ze staan, te verwezenlijken. Van de grootste tot de kleinste gemeente, alle realiseren zij op veel terreinen publieke waarde in samenwerking met andere gemeenten, maatschappelijke partners en niet te vergeten de inwoners en ondernemers zelf. Daarbij is de dynamiek groot: gemeentelijke samenwerkingen ontstaan, verbreden en/of verdiepen zich vaak, maar kunnen ook afketsen op tegenstellingen in visies of belangen. Hoe realiseert u in dit krachtenveld publieke waarde?
Democratisering en participatief werken meer in het DNA krijgen van de gemeentelijke organisatie: het is een doelstelling van vele gemeenten, die in de praktijk de nodige haken en ogen kent. De intenties zijn vaak goed, de ambities hoog, maar het blijft lastig om het in de praktijk waar te maken.
Waar het lukt, blijkt participatie dé manier om de democratie te vernieuwen en tot betere resultaten te komen. In de praktijk gaat het echter ook regelmatig niet goed. Dan leidt participatie tot verzuring en verharding van standpunten. Of slagen partijen er niet in om de stap van denken naar doen te zetten. Goed participeren is dus lastiger dan het lijkt.
Na de begrotingsbehandeling van Binnenlandse Zaken voor 2020 nam de Tweede Kamer een motie aan waarin het kabinet verzocht werd voorstellen te doen voor een brede evaluatie van de dualisering van het gemeente- en provinciebestuur. In reactie op deze motie liet minister Kajsa Ollongren van BZK een meta-evaluatie uitvoeren van eerdere evaluaties en rapporten over de dualisering van het gemeente-en provinciebestuur. Berenschot onderzocht hiervoor de knelpunten en oplossingsrichtingen in de Gemeentewet, Provinciewet en Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr). Eind juni stuurde Ollongren haar bevindingen naar de Tweede Kamer.
Blockchain en governance lijken in eerste instantie een aparte combinatie. Maar juist de eigenschappen van blockchain om processen anders te organiseren, vragen om governance-afspraken. Berenschot stelde, in opdracht van Zorginstituut Nederland, een rapport op dat bestuurders met verstand van blockchain of blockchainspecialisten met verstand van besturen inzicht geeft in governance en de samenhang met (blockchain)technologie in de zorg. Zo is het zorgveld in staat samenhangende besluiten te nemen.